Ik klets nogal graag. En ik rook nogal graag. Op de wc, in de badkamer en in de keuken. Nou ja, eigenlijk overal. Vooral als mijn allerliefste M. aan het douchen, plassen of eten maken is. Ik wil daarbij zijn. Samen in een kleine ruimte. Gezellig (vindt hij niet zo). Ik loop dan graag in de weg om M. heen te dartelen. Ik rook een sigaret en klets erop los. Ik word af en toe alleen zo moe van dat staan of tegen de muur aanhangen. Ik zit graag. Een echte oplossing vond ik niet voor mijn luie benen. Tot afgelopen week. Ik kwam ergens de afgelopen week thuis. Met een heel lief krukje. Een klein wit, beetje roestig krukje met bloemen op de zitting. Het neemt weinig ruimte in én ik kan nu overal zitten om te kletsen en te roken.
In D. de plaats waar ik tegenwoordig woon (home sweet home!), heb je een heel lief klein krap winkeltje. Je gelooft je ogen niet als je daar binnen komt. Ze hebben zó-veel zooi. Gek speelgoed. Hippe, gekke en rare huishoudelijke artikelen. Kleurig, fleurig, kitcherig en vooral lekker dicht op elkaar gepropt. (Gezellig!)
Ik vind het dan ook niet zo gek dat ik ergens achter in het krappe etablissement, weggestopt in een hoekje, onder een hele kapstok vol rare tassen ineens twee krukjes zag staan. Een winkeltje zo krap als thuis, móet de spullen hebben die ik zoek. Ik dacht dat ze bij elkaar hoorden. Eentje groot. Eentje klein. Ze bleken toch apart verkocht te worden. Na lang wikken en wegen heb ik de kleinste van het stel meegenomen.
M. vond mijn vinding geweldig. Een apart krukje. Een goede oplossing. Bij mij begon het te knagen. Die grote, die hoorde er eigenlijk bij. Ik twijfelde nog geen uurtje. Ik wilde de grote ook. Dan konden ze mooi bij elkaar in de gang staan. Startklaar voor hun taak; mijn luie billen ondersteunen. (Ja hoor schatje, ga die grote ook maar halen. Ik vind ze ook leuk!)
Vandaag heb ik M. meegesleept naar het krappe winkeltje. Met moeite wurmden we ons naar achteren. Hij maakte nog een flauw grapje: “Zou hij er nog wel staan?”. Blinde paniek sloeg mij om het hart. De dames die in de weg stonden heb ik bruut opzij gedrukt. Ik móest ineens zo snel mogelijk dat krukje in mijn handen hebben. Er flitsten beelden door mijn hoofd van vallende, bijtende, krabbende en hysterisch schreeuwende vrouwen omdat ík, alléén ík, dat krukje mocht hebben. Die andere vrouwen in het krappe winkeltje zéér zeker niet! Mijn opluchting was groot toen ik het krukje gewoon achter de tassenkapstok vandaan kon tillen en aan M. kon geven om af te rekenen.
Zonder kleerscheuren stond ik buiten en M. keek me aan. Ik kon alleen maar kwijlen en verschrikkelijk verliefd naar mijn nieuwe-krukje-dat-bij-het-andere-krukje-hoort-en-zo-handig-en-mooi-is in zijn handen kijken. M. rolde met zijn ogen en vroeg me of ik blij was met mijn roestige rommel van 29 euro.
Als je dat soort dingen tegenkomt, moet je ze inderdaad gelijk meenemen eigenlijk. Want voor je het weet, is er iemand anders mee vandoor.
Leuk trouwens dat je weer met loggen bezig bent. Heb je in mijn RSS-lijstje weer toegevoegd!
LikeLike
ze zijn zeker schattig welk winkeltje dan het eurowinkeltje of die bij de apotheek en helemaal te gek ik zou er ook zo verliefd op worden
LikeLike
@BB: ik ben van plan dit soort dingen niet meer aan mn neus voorbij te laten gaan!
@Annet: ‘De Winkel’ op het V Juttenland 🙂 (het ‘knopenwinkeltje’)
LikeLike